Exact één jaar geleden hebben we een reeks houtsoorten op identieke wijze buiten gehangen. In ons indicatief onderzoek lieten we moeder natuur haar gangen gaan. Het hout heeft nu een jaar lang regen, wind, zonlicht, temperatuurverschillen én insecten getrotseerd.  Hoog tijd om het eindresultaat te analyseren én correlaties te ontdekken. Tegelijkertijd is het hoog tijd om kleur te bekennen, er was een achterliggende reden...

We verwennen jullie alvast met onze eerste optische waarnemingen.

Enkele voorlopige analyses:

- Thermisch gemodificeerd hout vergrijst opmerkelijk sneller dan onbehandeld hout. Puur wetenschappelijk is dit heel logisch. 
- De uitgesproken vlekken van Muiracatiara verdwijnen grotendeels doorheen de tijd. 
- De limonadewesp (vespula vulgaris) heeft een opvallende voorkeur voor thermisch gemodificeerd hout. De onbehandelde houtsoorten werden in dit jaar buitenexpositie niet aangetast. 
- Lokale vogels viseerden drie keer onze testopstelling met hun uitwerpselen. Drie keer exact dezelfde houtsoort. Dit lijkt me eerder toeval. 
- Etc.

Waarom onderzoeken we dit?

De toekomst van houten gevelbekleding zit zeker bij Lesser Known Timber Species.
Een veelgestelde vraag door belanghebbenden is: "Hoe gaan ze vergrijzen?" 

Tegelijkertijd hopen we een voorspellingsmodel te ontwikkelen waarbij we de vergrijzing kunnen voorspellen aan de hand van de samenstelling van de houtsoort. 

Het is tijd om kleur te bekennen, er was een extra reden van onderzoek:

De EN16755 wordt binnen (heel) korte termijn aangepast worden en dit gaat stevige gevolgen hebben.
Houten gevels met brandvertragende behandelingen zullen onder de loep genomen worden en we bereiden ons voor op de vele vragen die gaan komen.

De EN16755 geldt voor de technische duurzaamheid van houtproducten met een brandvertragende behandeling.
Even simpel verwoord:
Behoudt een brandvertragende behandeling zijn werking doorheen de tijd?
Indien het afzwakt, hoe snel dan en wat moet ik ondernemen om dit te voorkomen?

We testen onze onbehandelde houten producten ook op de duurzaamheid doorheen de tijd.
De eerste indicatieve test gaf een uitmuntend resultaat met een haast identieke grafiek.
Onze strijd naar diversificatie in houtsoorten zorgt echter dat we veel data moeten verzamelen...

Waarom werden de planken dan een jaar buiten gehangen?

Je kan in de EN16755 kiezen voor kunstmatig verouderen of natuurlijk verouderen. 

Wetenschappelijk onderzoek heeft ondertussen uitgewezen dat de natuurlijke veroudering beduidend zwaarder is dan een kunstmatige veroudering. 
Sterker nog, de EN16755 zegt dat bij een betwisting de natuurlijke veroudering maatgevend is. 
Een kunstmatige veroudering heeft absoluut zijn waarde voor onderzoek, maar kan bij een betwisting dus eventueel van tafel geveegd worden. 

Een natuurlijke veroudering is de goedkoopste, zwaarste én maatgevende variant. 
Het is de logica zelve dat ik deze optie kies om te onderzoeken.
Het lijkt me niet slim om iets te onderzoeken dat later gewoon van tafel geveegd kan worden...

Na een jaar buitenexpositie kunnen we de houtsoorten eindelijk verregaand analyseren en aan de hand van de vergaarde data de houtsoorten inventariseren.
We kijken hierbij naar de diepte van vergrijzing, scheurvorming, torsing, opruwen, etc.

To be continued...